Deel dit artikel:

Brussel-Halle-Vilvoorde

Brussel-Halle-Vilvoorde, categorie 1.1 op de continentale kalender,  kende op z’n zachtst gezegd een verrassende ontknoping. Weliswaar domineerden de favorieten De Wael en Flamand van begin tot einde, maar het was uiteindelijk de relatief onbekende Karl-Heinz Lambertz die als derde hond met het figuurlijke been ging lopen.

Liefst 25 teams, waaronder 6 ProTourploegen, tekenden present op de Brusselse Grote Markt/Grand Place, voor deze nieuwe semi-klassieker, over 185 km in en om de hoofdstad, met onderweg flink wat kuitenbijters, zoals de Bruine Put/du Bruineput, de Alsemberg/Côte d’Alsemberg en de korte, maar verraderlijke klim naar de Sterrenwacht/Côte de l’Observatore in Ukkel/Uccle. Het selectieve parcours en een bijwijlen strakke tegenwind zorgden ervoor dat al vroeg in de wedstrijd een definitieve selectie werd doorgevoerd. Bij het buiten rijden van Wauthier-Braine/Woutersbrakel vormde zich een kopgroep van 26, met daarin alle bekende namen.

Was er in het peloton nauwelijks sprake meer van koersen, dan werd er voorin des te harder gestreden. In Sint-Genesius-Rode/Rhode-Saint-Genèse trok Guy Flamand stevig door, enkel Didier De Wael kon nog komen aanpikken. In eerste instantie werkte het duo goed samen. Er waren weliswaar nog bijna 90 km te rijden, maar De Wael en Flamand geloofden duidelijk in hun kansen. Intussen formeerde zich achter hen een viertal met De Wever, Reynders, Milquet en Leterme. Een communautair evenwichtig groepje, zeg maar, al kon tot ieders verrassing ook nog de Duitstalige Belg Lambertz uit de achtergrond terugkomen.

Het bleef spannend, want de vijf maakten stevig tempo. Het tijdsverschil met de twee koplopers schommelde kilometers lang rond de halve minuut. De kentering kwam er in Sint-Lambrechts-Woluwe/Woluwe-Saint-Lambert, toen Flamand, intrinsiek de snelste van de twee, plots niet meer aan de leiding wou komen. De Wael porde zijn metgezel herhaaldelijk aan, maar meer dan een ‘non’ kwam er bij Flamand niet uit. De Wael ging nog even door, zij het zonder veel overtuiging. Het getreuzel voorin speelde uiteraard in de kaart van het kwintet, dat steeds dichterbij kwam.

Bij het binnenrijden van Vilvoorde deed de geïrriteerde De Wael nog een ultieme poging om alleen weg te komen, maar Flamand counterde gezwind en bleef weer in de wielen hangen. De veer was gebroken bij De Wael en heftig discussiërend gingen de koplopers de laatste kilometer in.

Wat iedereen gevreesd had, gebeurde ook: in het zicht van de finish werden Flamand en De Wael alsnog teruggegrepen. Geen twee maar zeven renners maakten zich dus op voor de eindspurt. Helemaal potsierlijk werd het toen een politieagent, bij een laatste splitsing van de weg, de koplopers nog bijna de verkeerde kant opstuurde. De Vlamingen neigden naar rechts, terwijl de Walen aarzelden om links af te zwenken. Enkel de renner in laatste stelling Lambertz doorzag de verwarring, spurtte op volle snelheid door en ging zo als outsider met de bloemen lopen.

Ontgoocheling alom uiteraard bij De Wael, die geen loon naar werken kreeg en de reporters tekst en uitleg verschuldigd was over de heftige woordenwisseling met Flamand. “Als je sommige renners onderweg vraagt om aan de leiding te rijden, doen ze alsof ze je niet verstaan. Tenzij het over centen gaat. Dan kunnen ze onderhandelen in het Nederlands, het Engels, desnoods in het Turkmeens of het Swahili. Maar mij niet gezien. Ik viel nog liever dood dan de zege te moeten kopen.”

(Patrick Cornillie, Grinta! 05, 2008)

Gerelateerde artikels

NEW IN!

T-SHIRT

FIRE 4 YR RIDE