Deel dit artikel:

De Tien Geboden van de woon-werkfietser

Blogger Steven mocht zich het voorbije jaar met recht en rede een fietsende commuter noemen. Tweehonderd werkdagen en vier seizoenen lang door weer en wind, twintig kilometer enkele reis. Dat leverde hem naast een pak kilometers en fietsplezier ook de Tien Geboden voor de woon-werkfietser op.

Vrij naar Vivaldi

Het afgelopen jaar heb ik de vier jaargetijden beleefd als nooit tevoren. Van grauwe winterochtenden met bevroren vingers tot bezwete zomershirts onder een felblauwe hemel. Ik reageerde té enthousiast wanneer ik goed anticipeerde op de bobbel aan kilometerpaal 38.9, maar vloekte als ik hem weer eens vergat. Ik reed voorbij ongevallen met auto’s en stopte voor omgevallen fietsers op glibberige fietspaden. Ik lag er zelf ook een keer bij. Stom kieken op de gladde grond. Ik reed op m’n dooie gemakje naast die knappe brunette met korte rok (mijn echtgenote, om verdere misverstanden te voorkomen) en ging à bloc achter de rechtop zittende heer op de e-bike. Ik werd voorbijgesneld door laagvliegende Speed Pedelecs met claxons die me van m’n zadel deden wippen en ik zat gevangen achter groepjes schoolgaande jeugd met oversized koptelefoons. Ik pakte zowaar mijn eerste en mogelijk laatste KOM op de brug over het kanaal (met 5 Beaufort meewind). Vaak was het echter stampen op automatische piloot. Rustig duwen, zonder meer. Genieten van de monotone schoonheid van het fietsen in deze aparte woon-werkdiscipline, die om de inachtneming van enkele Geboden vraagt. Tien, om precies te zijn. Zoals het hoort.

1. Bovenal bemin de fiets
2. Geef niet op, stop nooit uit het niets

‘Bovenal bemin één fiets’, moet het eigenlijk zijn. Maar zover wil ik het uiteraard niet drijven. Eén fiets, ben je gek?! Het type is in deze trouwens niet meer dan een variabele afhankelijk van het profiel van de fietser. Heel wat bedrijven voorzien tegenwoordig in fietsleasing, bezin je dus goed over wat je wil kiezen. De fiets is echter enkel een medium, fietsplezier is het hogere na te streven goed. Meer dan eens heb ik huiswaarts een ommetje gemaakt omdat het me zo beviel. De fiets beminnen is het sleutelbegrip om het forenzen lang vol te houden, de fietsvergoeding is slechts een aangenaam extraatje.

3. Heilig steeds het pedaleren
4. Snel én traag zult gij eren

De ritjes zijn heerlijk, maar vereisen wel de nodige planning. Trek je specifieke fietskledij aan of niet? Waar kan de fiets terecht en kan je jezelf verfrissen na de rit? Is de fiets in orde en heb je de meest optimale route te pakken? Kies je voor de kortste weg door de stad, met risico voor eigen lijf en leden? Of ga je voor de iets langere drukke weg met afgescheiden fietspad? Dat laatste is de keuze die ik snel moest maken. De stad is een jungle, zelfs met fietsstraten. Het werd de langere weg. Waar je ook fietst geldt ‘Mens erger je niet’. Aan snellere, noch tragere fietsvrienden.

Het juiste materiaal is het halve werk.

5. Verwijt niet, geef geen ergernis
6. Doe nooit wat ongeduldig is

Elke (ja echt, elke) chauffeur die het afgelopen jaar voor me is gestopt, kreeg een vriendelijk gebaar terug. En dat waren er veel. Akkoord, ik kon morsdood zijn als ik niet gestopt was voor die zot in zijn Volvo. Mij hoor je echter niet klagen over het rijgedrag van automobilisten. Tijdens de spits wordt de weg gedeeld door veel weggebruikers met een verschillend profiel. Ongeduld om snel de bestemming te bereiken is de plaag, verdraagzaamheid het medicijn. Roepen is minder sympathiek dan de fietsbel, maar daarover verder meer.

7. Vlucht het rijden op gladde wegen
8. En het zeuren over teveel regen

Laat me voor eens en altijd bevestigen: het regent echt weinig! Frank Deboosere verkondigde dat je op een traject van twintig kilometer slechts op zeven procent van je woon-werkritten te maken krijgt met regen en zelfs amper twee procent volledig in de regen moeten worden afgelegd. Dat cijfer klopt ontegensprekelijk. Bovendien heb je regenkledij en spatborden om je te beschermen. Anders is het met rijmplekken. Rijm is goed als je het over de Geboden hebt, maar levensgevaarlijk op de weg en niet op te vangen. Als er al geplooid moet worden, is het op deze dagen. Door uw dienaar uitgetest en bevestigd: het risico op valpartijen is groot.

Zien en gezien worden.

9. Wees steeds gezien én gehoord
10. En fiets naar het werk! Onverstoord!

Wees niet bevreesd voor een streepje fluo en voorzie voor en achter degelijke verlichting. Sommige lampjes zijn goed om gezien te worden, andere om zelf te zien. Met 800 lumen kom je een eind en kan ook het duister je niet stoppen. Met een fietsbel is het enigszins anders: die dient niet voor je veiligheid, maar wel voor je comfort. Het is de meest vriendelijke en herkenbare manier om iemand van je komst te verwittigen. Negeer echter nooit de regels en wees hoffelijk als het iets te lang duurt.

Ben jij nog op zoek naar een goed voornemen voor 2020? Probeer het. Eén keertje. Per week. Als alles goed gaat, vind je het na drie maanden jammer wanneer je eens met de auto ‘moet’. Fietsers, fietsen maar!

Met dank aan Futurum Quality Gear, partner van deze blog.

Gerelateerde artikels

NEW IN!

T-SHIRT

FIRE 4 YR RIDE