Deel dit artikel:

100% Getest: Stevens Super Prestige Disc

Als Stevens straks op 1 januari Mathieu Van der Poel naar concurrent Canyon ziet overstappen, zullen de crossfietsen van de Hamburgse fietsconstructeur zichzelf moeten bewijzen bij het veldritminnend publiek. Grinta! trok met de Stevens Super Prestige Disc naar het Super Prestige parcours van Ruddervoorde om klimmend en dalend, slalommend rond paaltjes en zoevend door het zand uit te vogelen of de Super Prestige Disc de klus zal klaren.

“Iedereen een zonnebril bij?”, lacht een omstander als ik de Stevens Super Prestige Disc bij het veldritparcours uit de auto haal. Een grapje dat ik overal waar ik met de Stevens Super Prestige Disc opduik moet aanhoren want in ‘Fire Orange’ zuigt de Hamburgse crosser gulzig alle blikken naar zich toe. Sommigen vinden het fluo oranje een beetje te goedkoop als kleurstelling voor een frame dat 1.529 euro moet kosten, maar om die criticasters ter wille te zijn biedt Stevens het frame en de fiets ook in een veel rustiger, bijna brave combinatie van zwart met witte en rode biesjes aan.

Het duizend gram wegende Carbon SL frame (opgave van de fabrikant, NVDR) ziet er vrij klassiek uit met de slechts minimaal aflopende bovenbuis. Alle kabels lopen netjes door de framebuizen en uiteraard is het frame Di2-compatibel. De bracketlagers zitten geïntegreerd en in de zitbuis steekt een Scorpo Carbon Road zadelpen van 27,2 mm diameter. In de balhoofdbuis draait bovenaan een 1 1/8” lager, onderaan is dat een 1,5” exemplaar. Zowel voor als achter gebruikt Stevens voor de Super Prestige Disc 12 mm steekassen en de remklauwen zitten op flatmount nokken voor een cleane look. De onderbuis is niet te zwaar oversized zodat ook mensen met kleinere handen de Stevens daar kunnen vastnemen om de fiets te schouderen, de hoofddriehoek van het frame is meer dan groot genoeg om de fiets gemakkelijk in je nek te gooien. De carbon voorvork is heel massief uitgevoerd, gelukkig wordt de rib op de balhoofdbuis en onderbuis doorgetrokken om de visuele eenheid in de voortrein te bewaren.

Bij de eerste kennismaking met de Super Prestige Disc moet ik wennen aan de vrij lange bovenbuis zodat ik op de Stevens duidelijk gestrekter zit dan op de Specialized CruX waarmee ik alle andere winterse opdrachten soldaat maak. Inclusief pedalen weegt de Duitse crossfiets een nette 8,85 kilogram. Dat gewicht is voor een fiets van 3.159 euro ‘netjes’, zonder dat het woord ‘spectaculair’ in de buurt komt. Wil je het gewicht van de Super Prestige naar beneden halen, dan zal een upgrade van de wielen waarschijnlijk het eerste zijn waar je aan denkt. Want de DT Swiss C1800 Spline wielen zijn weliswaar ultra sterk, goed gelagerd én ze zijn tubeless ready (belangrijk voor een veldrijder), met 1.745 gram per set zijn het niet de lichtste van de planeet. Kan ook moeilijk anders als je weet dat DT Swiss voor deze wielset een richtprijs van 408 euro hanteert.

Eens gewend aan de vrij gestrekte zithouding, valt vooral op dat de Stevens Super Prestige Disc een écht crossfiets is. Kort omhoog, steil naar beneden, zo snel mogelijk om een paaltje: dit is waar de Super Prestige Disc voor gemaakt is. Hoe meer je jezelf afpeigert, hoe beter de Stevens tot zijn recht komt. Ondanks de wat gestrekte zithouding hou je meer dan voldoende grip op het achterwiel terwijl de voorkant nooit te zwaar aanvoelt waardoor het insturen moeilijker zou gaan. Het kwieke, speelse en bijna nerveuze karakter van de Stevens zal je minder appreciëren als je met vrienden een offroad toertocht gaat rijden. Op lange modder- en zandstroken moet je de Stevens nadrukkelijk in het juiste spoor houden en het comfort is dat van een echte crossfiets: genoeg om een uur lang volgas te gaan op een crossparcours, matig als je er meer dan twee uur in het veld mee gaat cruisen.

Met 160 mm remschijven voor en achter is de Stevens meer dan goed voorzien om elke afdaling op elk veldritparcours veilig en gecontroleerd te kunnen nemen. De Shimano Ultegra mechanische onderdelen werken vlekkeloos en met een 46/36 crankstel en een 11-28 cassette tref je een klassieke veldritconfiguratie. Aan de details merk je dat Stevens weet wat in het moderne veldrijden van belang is: de kettingvanger in de vorm van een halve maan wordt met een bout op de onderbuis en één op de zitbuis gemonteerd en het bracket vindt een prima balans tussen laag genoeg om hard te gaan op snelle omlopen zonder dat je in een bocht evenwel te snel met een pedaal tegen de grond zit. Jammer dat Stevens zich voor de bandenkeuze vooral liet leiden door de marketingafdeling. Want een witte band mag er in de showroom dan wel lekker geil uitzien, in het veld heb je er niks aan. De Challenge Grifo PRO bandjes zijn jammer genoeg niet tubeless ready en het klassieke Grifo-profiel is allround inzetbaar. Correctie: het Grifo-profiel van een zwarte Challenge Grifo PRO is allround inzetbaar, het Grifo-profiel van een witte Challinge Grifo PRO blijft qua grip in natte omstandigheden ver onder de maat. En het vervelendste van al is dat de band niet waarschuwt wanneer hij grip gaat verliezen. Voel je een zwarte Challenge Grifo PRO een beetje aan het schuiven gaan waarna hij je nog wat tijd geeft om te corrigeren, dan klapt de witte Grifo zonder enige verwittiging in de eerste de beste natte bocht zomaar onder je vandaan. Knap irritant, dus gooi die witte banden er maar meteen af. En troost je met de gedachte dat het wit toch niet wit blijft en na een paar maanden al bijzonder lelijk geel-achtig vervuild is.

Dus, conclusie? Super frame voor de hardcore veldrijder, doordacht gekozen onderdelen. De wielen werden eerder omwille van hun duurzaamheid en hun prijs gekozen, maar voor de wedstrijdrijder zijn de DT Swiss C 1800 Splines prima trainingswielen. Alleen jammer van die ondermaatse banden, al heb je die natuurlijk wel in een handomdraai gewisseld. www.stevensbikes.de